familiekamer

Dappere glimlach

Dappere glimlach

Op de automatische piloot rij ik naar huis. De radio uitgezet. Geen behoefte aan vrolijke muziek. Aan verdrietige ook niet. Er rolt een traan over mijn wang maar het is niet míjn verdriet.
Een voorgesprek met een stel. Hij en zij. Alleen zij, moet straks verder zonder ‘hij’. Ze zijn pas zeven jaar samen. Na een half leven ups en downs, meestal downs, hebben ze elkaar ontmoet. Een ‘up’ die niet meer wegging. Het sprookjeseinde waar ze beide zo aan toe waren.

Sprookje? Nu niet meer. Einde? Helaas wel.
Meneer is opgegeven en samen bereiden ze het laatste stuk voor. “Voordat het te laat is.” Voorzichtig kijken ze mij en daarna elkaar aan. Hij wil alles goed geregeld hebben voor zijn geliefden en deze liefde. Wie ze moet bellen. Wanneer ze moet bellen. Waar hij dan heen gaat. Wie er wel of niet komt of meegaat.

Er zijn dingen die ze zelf al hebben bedacht, er zijn dingen waar ze nog geen seconde over na hebben gedacht. Ik vertel, stel vragen en tast af. Niet alles hoeft nu. Ze bellen als ze verder willen praten want nu moet hij eerst plat. Zij loopt met hem mee en dan praten we nog wat.

In de auto zie ik ze nog zitten.

Aan een houten tafel met stalen banden om hun hart. Zie ik die twee ontredderde mensen en hun onderbroken grote liefde. Zie ik hoe hun handen elkaar steeds zoeken in een ‘wie steunt wie? ‘ Want hij staat voor het levensgrote moment van zijn aanstaande dood. En zij staat voor een levensgroot moment van leegte en verlies. Hoe moet je loslaten als je nog maar zo kort hebt kunnen vasthouden? Ik hoor de enormiteit van haar aanstaande eenzaamheid in haar opgeluchte vraag; “Okay, dus dan bel ik meteen jullie?”

Ik zeg “ja, ik ben er voor je in elke stap daarna.” Regel alles, bespreek alles, vertel je alles. Zorg dat er aan alles wordt gedacht en niks wordt vergeten. Even later zegt ze met een dappere glimlach gedag.

Dat ik in de auto een traan laat namens haar, dat hoeft ze niet te weten.